“Iemand moest kwaad van Josef K. hebben gesproken, want zonder dat hij iets slechts had gedaan werd hij op een ochtend gearresteerd.” Het is de openingszin van Kafka’s roman Het proces. Dat boek ben ik gaan lezen naar aanleiding van de toeslagenaffaire. Om de haverklap klonk het woord ‘kafkaësk’ als het daarover ging in de media. Natuurlijk mag je dat woord gebruiken zonder ooit iets van Kafka gelezen te hebben. Maar ik voelde me daar toch min of meer schuldig over of in elk geval ongemakkelijk bij. Ik besloot mijn leven te beteren en dat heb ik ook gedaan. Die laatste toevoeging is niet voor niets. Ik besluit namelijk wel vaker dingen, die ik dan vervolgens toch niet doe. Al heb ik daar meestal heel goede excuses voor.
Aanleiding
Wat overigens ook heel vaak gebeurt, is dat ik ergens een aanleiding zie, in actie kom en dan volledig afgeleid word door andere zaken. Met Kafka overkwam me dat. Ik wilde met Kafka in de hand heel verstandige zaken gaan zeggen en schrijven over de toeslagenaffaire. En dat alles natuurlijk vanuit levensbeschouwelijk perspectief. Maar voordat het daar ooit van komt (als het er ooit al van komt), zal ik me denk ik toch eerst moeten gaan verdiepen in de hele toeslagenaffaire. Het boek daarover van Jesse Frederik Zo hadden we het niet bedoeld ligt overigens klaar. Alleen moet ik nog moed verzamelen om eraan te beginnen. Maar goed, ik raak alweer afgeleid. Wat ik kwijt wilde was dit: Bij het lezen van Het proces kwam steeds het woord ‘erfzonde’ bij me naar boven.
Erfzonde
Hoewel ik zeker geen expert ben op het gebied van erfzonde, weet ik er in elk geval meer van dan van de toeslagenaffaire. Bovendien vind ik het begin van de Veertigdagentijd wel een mooi moment om daar even bij stil te staan. Overigens is het mijn associatie met de erfzonde. Ik denk niet dat we daar de Joodse schrijver Kafka verantwoordelijk voor mogen houden. Veel mensen denken dat het grote verschil tussen kerk en synagoge de komst van de Messias betreft. Ik denk zelf veel meer dat de verwachting van wat de Messias komt doen het grote verschil is. Ik ga even kort en scherp door de bocht: De kerk heeft de erfzondeleer omarmd. De Messias komt ons daar uiteindelijk van bevrijden. De synagoge kent geen erfzondeleer, maar verwacht de Messias die een rijk van vrede en gerechtigheid zal vestigen.
Schuldig
Dat schuurt natuurlijk dicht tegen elkaar aan, maar de verschillen zijn vaak heel wezenlijk. De kerk zet vaak in met gedachten die verdraaid veel lijken op de eerste zin van de roman Het proces. Zonder dat je je ook maar bewust bent van enig kwaad, ben je schuldig. De erfzonde zorgt daar nu eenmaal voor. Hoeveel ouders hebben hun kind niet ten doop gedragen om die zonde af te wassen? Want zondig betekent ook nog eens dat je het niet waard bent om de hemel binnen te gaan. Er zijn momenten dat ik het meer eens ben met atheïsten dan vrome gelovigen als het gaat om dit punt. Als ik mij ergens voor schaam, is het voor de kerk die op de stoel van de hoogste rechter is gaan zitten. (Het onderwerp van de rechters bij Kafka laat ik even liggen, maar het is vreselijk!)
Beklemmend
De beklemming van Het proces is genadeloos. Voor Josef K. is er geen ontkomen aan om zich te verlossen van de arrestatie en de gevolgen daarvan. Ik vrees dat het voor velen in de kerk en juist ook daarbuiten herkenbaar is. Je ontworstelen aan het juk van de kerk met haar erfzondeleer kan helaas een hele opgave zijn. De theologen die vele malen geleerder zijn dan ik, zullen het vast met me oneens zijn. In elk geval zullen ze vinden dat ik meer argumenten aan de dag zal moeten leggen. Het neemt niet weg dat ik graag voor eens en voor altijd afscheid zou willen nemen van de erfzondeleer. Die leer is voor mij namelijk kafkaësk. Bovendien heeft het tot gevolg dat ik het perspectief verlies op waar het in het geloof voor mij werkelijk op aankomt.
Concreet
Het is volgens mij niet de erfzonde waar deze wereld aan ten onder gaat. Het is de zonde zelf. Erfzonde is abstract en eigenlijk nooit concreet. Zonde wordt zichtbaar in doen en laten. Johannes doopte in de woestijn. Niet om de erfzonde af te wassen, maar predikte over de doop van bekering en vergeving van zonden (Marcus 1:4). Dat betekent de mogelijkheid om bevrijd verder te gaan. Bevrijd van je eigen verleden is er de gelegenheid om opnieuw te beginnen. Zonde betekent hier volgens mij eerst en vooral dat de levensregels die tot bevrijding zullen leiden, gebroken zijn. Het verbond tussen de bevrijdende Heer en het volk Israël vraagt daarom om herstel. Dat is een aanklacht die anders dan bij Kafka -en de erfzonde- concreet aan te wijzen is. Mensen hebben dus iets gedaan of juist nagelaten tegen de expliciete instructies ten leven in.
Bevrijding
Goede theologie wijst volgens mij aan waar we verantwoordelijk voor zijn en bevrijdt ons van zaken waar we onder gebukt gaan. Erfzonde mag de kerk ons -naar mijn idee- nooit en te nimmer proberen aan te smeren. Zondebesef is goed als het gaat om zaken die ook daadwerkelijk zondig zijn. Dat zijn zaken die vrijheid en vrede tenietdoen en mensen maken tot iets wat we in essentie niet zijn; wezens zonder verantwoordelijkheid en zonder keuze. Het verhaal van de zondeval gaat voor mij dan ook niet om het eten van de verboden vrucht. Veel meer gaat het om het wijzen naar de ander en het afschuiven van verantwoordelijkheid. Dát verdrijft ons uit het paradijs. Daar ligt een aanklacht. En daarvan kan ik zeggen: “Ook ik ben schuldig.” Al heb ik daar vaak heel goede excuses voor. Het zal me niet ontslaan van mijn verantwoordelijkheid.
Onze Godsdienst biedt gelukkig wel een nieuwe opening om ons opnieuw in de ruimte te zetten. Zo mogen we ons bevrijd weten.