Even denk ik: “moet ik wel iets schrijven over Paarse Vrijdag? Moeten we als kerk wel reageren op elke hype?” Maar Paarse Vrijdag is geen hype. En zelfs als het wel een hype is, wil ik er vandaag over schrijven. Ik schrijf hier ook waarschijnlijk niet voor jou. De meeste lezers zijn denk ik hetero en voldoen aan het ideaal van huisje-boompje-beestje. Ik schrijf voor jou als je nog ergens in de kast zit.
Voor jou draag ik vandaag een paarse trui. En dat terwijl paars me eigenlijk helemaal niet staat. Zeker dat slobberige ding niet dat ooit in een impuls gekocht is. Vandaag zie ik er dus even niet uit, maar dat is mijn statement. Een statement voor iedereen die vindt dat hij of zij er niet uitziet zoals het had gemoeten of zoals het hoort.
Zelf zat ik ooit in de kast. En ik heb er te lang in gezeten. Toen ik veertien was, wist ik het zeker. Meisjes zijn leuk als vriendin. Het zijn vaak zelfs mijn beste maatjes, maar tussen ons gaat het niet zo werken als bij de meeste andere jongens.
Het was aan het begin van de Kerstvakantie. De verplichte Kerstviering voor de onderbouw van de middelbare school was net voorbij. Van mijn beste vriend kreeg ik een kerstkaart: “Voor jou. Tot over twee weken. Ik ga je missen.” De Kerstkaart heb ik verstopt, want ik schrok van de verliefdheid. Dat gevoel heb ik verstopt tot ik pas bijna vier jaar later voor het eerst iets durfde te vertellen over wie ik ben. Op de middelbare school heb ik het nooit gedurfd en dat is jammer. Misschien is dat zelfs gewoon erg.
Had ik er maar eerder over gepraat. In die donkere jaren daartussen was er wel even licht. De deur van die kast stond ineens op een kier. Mijn kerk (waar ik graag naartoe ging) had vergaderd over het “homohuwelijk”. In het kerkblad las ik dat twee vrouwen en twee mannen ook gezegend konden worden. Het voelde alsof er plaats voor mij gemaakt werd. Zoveel jaar later ben ik getrouwd met een man. Dat deden we niet alleen op het stadhuis, maar ook in de kerk. Nu ben ik zelfs dominee.
Vandaag dragen meer mensen paarse truien. Ik hoop dat de meesten bij jou op school zitten. Ze laten zien dat er voor iedereen plaats is. In de wereldwijde kerk is dat soms een gevoelig punt, maar bij ons is er al heel lang plaats voor jou. Je mag van mij net zo lang in die kast blijven zitten als je zelf wilt. Neem de tijd die je nodig hebt. Weet alleen één ding: erbuiten wordt het leuker.
Vandaag draag ik die gekke paarse trui voor jou. Normaal gesproken schaam ik me een beetje in die trui. Vandaag draag ik ‘m met trots. Ik draag ‘m met trots, omdat het is zoals met uit de kast komen. Je zit erin vanwege de schaamte. Je durft niet te laten zien wie je werkelijk bent. Maar waar je je voor schaamt, is het allermooiste wat er is: Liefde. Echte liefde is onvoorwaardelijk. Om die liefde draag ik vandaag een trui.